
In april 2020 stond in de NRC een artikel over een lichtvlekje dat door astronomen was waargenomen. Aanvankelijk had men gedacht dat het vlekje een exoplaneet was van de ster Fomalhaut, maar in 2020 bleek het een wolk van stof en puin stof te zijn, het restant van twee op elkaar gebotste planetoïden. Een ster die Fomalhaut heet? Ik had er nog nooit van gehoord en vond het maar een rare naam, die naar mijn idee thuishoort in een ouderwetse SF-roman.
Fomalhaut blijkt echter daadwerkelijk te bestaan en is maar liefst een driedubbelster op 25 lichtjaar afstand van de zon. Hij is twee keer zo groot als de zon, heeft twee keer zoveel massa en is zeventien keer helderder. De hoofdster is Fomalhaut A, en daarnaast heb je een oranje ster Fomalhaut B en een rode dwergster Fomalhaut C. Fomalhaut A is de helderste ster in het sterrenbeeld Zuidervis, dat in Nederland niet goed te zien is.

De officiële naam van Fomalhaut is Alpha Piscis Austrinus, oftewel de ‘alfaster in de Zuidervis’. De naam Fomalhaut komt van het Arabische ‘Fum al Hut’, de ‘mond van de vis’. Een andere Arabische naam voor de ster is Rana Prima , ‘de eerste kikker’.

Hoe zit dat eigenlijk met de naamgeving van sterren? Op Nemo-kennislink staat hierover een informatief artikel. Al zeker sinds de Renaissance worden er pogingen gedaan om de naamgeving te systematiseren. Voor allerlei sterren zijn er meerdere namen in omloop, wat niet zo handig is, en bovendien zijn er nog allerlei spellingsvarianten, voor Fomalhaut alleen al meer dan dertig. Overigens hebben nog lang niet alle sterren een naam.
De naamgeving wordt gecoördineerd door de Internationale Astronomische Unie. In een publiekswedstrijd ter gelegenheid van hun honderdjarig bestaan in 2019 mocht het publiek uit meer dan honderd landen namen voorstellen voor een ster met een exoplaneet. Nederland had gekozen voor Nijntje als planeet en Moederpluis voor de ster, maar dat kon niet vanwege copyright. Toen werd het Sterrennacht voor de ster en Nachtwacht voor de planeet.
