
In de loop der jaren heb ik al heel wat muziektermen geleerd. In de programmatoelichting bij een concert Oude Muziek kwam ik echter onlangs het woord scordatura tegen, dat ik nog niet kende. Bij dit optreden van het ensemble The Puncke’s Delight stond de lyra viol centraal.
Viol was in de zeventiende eeuw een verzamelnaam voor uiteenlopende snaarinstrumenten, met name de gamba’s, en de term ‘lyra’ verwijst naar een bepaalde manier waarop de basgamba bespeeld kan worden. Die speelwijze is waarschijnlijk voortgekomen uit het bespelen van de luit en de term verwijst dan ook naar de verschillende stemmingen waarmee een luit of harp bespeeld kan worden. In de programmatoelichting stond: ’De snaren kun je immers op verschillende toonhoogten stemmen, een principe dat in het Italiaans scordatura (“verstemming”) wordt genoemd […] De sonoriteit van een compositie wordt goeddeels bepaald door de gehanteerde scordatura.’
Mijn Van Dale kent ‘scordatura’ niet, maar de term heeft wel een lemma in Wikipedia, met de definitie: wijziging van de normale snaarstemming bij een snaarinstrument. Het Lexicon Klassieke Muziek voegt daaraan toe: ‘om sommige akkoordgrepen mogelijk te maken, om te transponeren of om een ander timbre te krijgen’.
Een overzicht van ‘normale’ snaarstemmingen vond ik in de muziekafdeling van een site met ezelsbruggetjes:
viool (E-A-D-G; elke aap doet gek)
cello (A-D-G-C; achter de grote cello)
gitaar (E-A-D-G-B-E; een aap die geen bananen eet)
ukelele (G-C-E-A; gekke cavia’s eten aardappelen).
In dit lijstje staan geen gamba’s, evenmin als de lyra viol. In bronnen uit de zeventiende eeuw zijn hiervoor wel vijftig verschillende combinaties van stemmingen gevonden.
Behalve door deze speelwijze met scordatura werd de lyra viol als instrument ook gekenmerkt door de aanwezigheid van resonantiesnaren, die meeklinken als de snaren die erboven liggen worden aangestreken. Een voorbeeld van de klank van een lyra viol is te horen in deze Prelude van William Corkine uit 1610, door Nicholas Milne, de voorman van The Puncke’s Delight, gespeeld op een door Bram Peters gemaakte reconstructie van dit instrument (let op de vele stemknoppen). Of hierbij sprake is van scordatura en zo ja wat die andere stemming is weet ik niet.
Leerzaam. Ter aanvulling: de Algemene Muziek Encyclopedie geeft aan dat het ook gebruikt wordt om bepaalde grepen te vergemakkelijken. Voorbeeld is de soloviool uit de Danse Macabre van Saint-Saëns.
Lang geleden had mijn vioolleraar een viola d’amore mee naar les genomen en daar wat op gespeeld. Een 6-snarige viool met ook 6 resonantiesnaren. Zeer moeilijk bespeelbaar, maar een ongelooflijk mooi geluid.
LikeLike
Klinkt heel mooi; bijna alsof er meer violen tegelijk spelen.
LikeLike