
Op 31 december vorig jaar (2019 dus) heb ik een verhaal ingezonden voor de schrijfwedstrijd van Schrijven Online. Het thema, ‘de blokkade’, had bij mij een herinnering opgeroepen en die had ik uitgewerkt. Mijn stukje (een echt verhaal is het niet) heeft de longlist niet gehaald, maar daardoor kan ik het nu op mijn blog zetten, verluchtigd met enkele foto’s van internet.
Niet zo slim
Met een paar mensen uit de studentenflat was ik naar Dodewaard gegaan om te protesteren tegen kernenergie in het algemeen en de kerncentrale in het bijzonder. Aanvankelijk leek het wel een schoolreisje, met melige liedjes en verantwoorde versnaperingen. We zouden het hele weekend blijven en hadden ons in het tentenkamp, een paar kilometer verderop, geïnstalleerd.
Die middag waren we op de dijk met een heleboel mensen, niet alleen wij, jonge actievoerders, maar ook ouderen, zoals de moeder van een van mijn huisgenoten. Zij droeg een witte jas, herinner ik me, symbolisch voor de geweldloosheid van onze actie. Met die aanwezigheid van andere generaties waren we blij, want daaruit bleek maar weer hoe breed gedragen ons protest was. De sfeer was dan ook goed, bijna uitgelaten zelfs, ondanks het slechte weer.
Om warm te blijven en iets nuttigs te doen werkte ik mee aan de aanvoer van stenen voor de versperringen op de dijk, die gestaag in aantal en in omvang groeiden. Gaandeweg kregen we de slag te pakken om de stenen in een zigzag-rij met een zwaai aan elkaar door te geven, al wilden enkele stoere jongens per se in hun eentje stenen naar boven zeulen. Wij waren best trots op het resultaat van onze gezamenlijke inspanningen, die ongetwijfeld zouden bijdragen aan een effectieve blokkade van de weg naar de kerncentrale.
’s Avonds waren veel mensen weer naar huis gegaan, met name de ouderen, maar wij riepen in het donker op de dijk nog steeds ‘Dodewaard moet dicht’. Plotseling werden we bijna verblind. Er was een schijnwerper aangezet en in het spookachtige licht zagen we een grimmige kolonne ME’ers, die vastberaden op ons af kwam. Dat was schrikken. Samen met mijn mede-actievoerders zette ik het in paniek op een lopen.
Helaas bleek de weg naar het kamp versperd door al die blokkades die we zo enthousiast op de dijk hadden gebouwd. In het pikkedonker probeerden we via de velden naar het kamp terug te komen en al snel had ik geen idee meer welke kant ik op moest. Mijn huisgenoten was ik inmiddels kwijtgeraakt en aan onbekenden durfde ik de weg niet te vragen, want er waren allerlei verhalen in omloop over politie-verklikkers die probeerden je erin te luizen. Na een paar uur heb ik onze thuisbasis gelukkig toch teruggevonden.
Dat is nu zo’n veertig jaar geleden en naderhand heb ik me nooit meer aan dergelijke acties gewaagd. Maar mocht ik me ooit weer geroepen voelen om de barricaden te beklimmen, dan hoop ik dat we met zijn allen niet zo stom zijn om eigenhandig de weg terug te versperren. Dat spookbeeld van dreigend naderende ME’ers kan ik me nog steeds moeiteloos voor de geest halen.
Leuk stukje Pat. Het brengt me direct terug in de tijd. De ME kan inderdaad beangstigend zijn. Ik herinner me de ontruiming van sommige kraakpanden in Amsterdam. Ik werkte toen in het oude
Wilhelmina Gasthuis en ik kwam per fiets met moeite op mijn werk. Een van mijn collega’s was niet zo gelukkig. Hij kwam met een hoofdwond op het werk: men geloofde hem niet toen hij zei dat hij erdoor moest voor zijn werk, dus had iemand van de ME hem hardhandig tegen gehouden!
LikeLike
Wowwww…een indrukwekkende ervaring…dat je dat nu nog zo levendig voor de geest kan halen…
LikeLike
Ah, wat beangstigend moet dat geweest zijn. Zo alleen in het donker dwalend door de velden en al je richtinggevoel kwijt zijn.
LikeLike