
Soms zie je iets waarvan je niet weet hoe het heet. Op het moment zelf sta je er niet altijd bij stil: het is een mooi plaatje en je maakt er een paar foto’s van. Zoals hier, op een ochtendwandeling tijdens een cursusweek bij de ISVW in Leusden. Maar af en toe kom je zo’n ongezocht woord maanden later op een onverwachte plaats tegen.
In het boek Schone slaapsters van Stephen en Owen King worden alle vrouwen zodra ze in slaap vallen bedekt door een witte cocon. Ze komen dan in een andere werkelijkheid terecht. Het verhaal laat ik hier voor wat het is (niet overtuigend en nogal langdradig; ik heb wel betere Kings gelezen), maar op bladzijde 133 van de Nederlandse vertaling (door Annemarie Lodewijk en Sabine Mutsaers) staat iets interessants over het gaasachtige spul waaruit zo’n cocon bestaat.
“‘Het lijkt wel een elfenzakdoekje.’ […]
‘Een elfenzakdoekje?’
‘Die worden gemaakt door trechterspinnen. Je ziet ze ’s ochtends, wanneer alles nog bedauwd is.'”
Toen ik dat las, moest ik meteen aan mijn wandeling denken: zouden dat elfenzakdoekjes zijn geweest? Na wat heen en weer googelen, kwam ik met de zoekterm ‘grass spider webs morning dew’ uit bij de website van Geauga Lake District, waar een forum van natuurkenners antwoord geeft op vragen van bezoekers. Iemand had een spin gevonden en wilde weten welke spin dat was. Bij het antwoord – het bleek de Agelenopsis pennsylvanica, een type trechterspin – stond deze foto van zijn (of haar) web (links) met de toelichting ‘die cool-ogende, met dauw bedekte “tuindecoraties” die je ’s morgensvroeg ziet’.Als ik die foto vergelijk met mijn eigen foto (rechts) lijkt me de conclusie gerechtvaardigd dat ik afgelopen zomer inderdaad een veld vol elfenzakdoekjes heb gezien.
Leuk gevonden. Ik kijk uit naar je volgende item,
LikeLike
Pingback: Zomermuziekweek ISVW 2021 | Achter de sansevieria's
leuk Patty, daar hebben wij er ook veel van ! Fijn dat ze zo’n mooie sprookjesachtige naam hebben.
LikeLike