Zingen is belangrijk voor me. Het is ook een veelzijdige hobby: je kunt met een paar honderd mensen meedoen aan een scratchuitvoering of je in een klein ensemble op renaissancemuziek storten, met een groot koor het klassieke oratoriumrertoire uitvoeren of lekker meezingen met smartlappen en zeemansliederen. Kortom: never a dull moment – oftewel: je hoeft je als (koor-)zanger niet te vervelen. Van concertkoor (voorheen ‘zang- en oratoriumvereniging’) Cantarella ben ik al lid sinds 1993.
Ik zing daar sopraan en ben jarenlang redacteur geweest van ons koorblad Parlando. Verder heb ik op thema-avonden lezingen gegeven over de achtergronden van de componist en het werk waarmee we bezig waren. Tijdens de corona-lockdown heb ik enkele korte presentaties via zoom gegeven.
Bij muziekschool Rootz heb ik van 2006 -2019 pianoles gehad van Ronald Jochems en sinds 2019 van Yuliya Urinyova. Ik heb erg weinig speeltalent en sla nog steeds regelmatig verkeerde toetsen aan, of twee tegelijk, maar ik heb er nog altijd veel plezier in.
Inmiddels probeer ik zelf muziek te schrijven, simpele dingen, door te improviseren en uit te werken op de computer (met het programma MuseScore). Sommige stukjes zijn aanleiding geweest voor een blogstukje, met name de serie over toverspreuken.
Achter de sansevieria's 